Hier lees je mijn toespraakje bij de boekpresentatie van Levend verkocht op 1 december 2023
In oktober 2014 schokte de Limburgse zedenzaak rond de 16-jarige Kimberley ons land. Het meisje zou, gedwongen door haar loverboy Armin A., in een tijdsbestek van ongeveer twee weken in een hotelkamer in Valkenburg tegen betaling seks hebben gehad met zo’n 80 mannen. Zij waren tussen de 21 en 56 jaar.
De rechtbank veroordeelde Armin A. voor mensenhandel tot een celstraf van twee jaar.
Bijzonder in deze zaak was dat het Openbaar Ministerie ook groot inzette op strafrechtelijke vervolging van de klanten van het meisje. Het OM vervolgde uiteindelijk meer dan dertig van hen en de officier van justitie eiste maandenlange celstraffen, al dan niet deels voorwaardelijk. Tot ieders verrassing veroordeelde de rechtbank meer dan dertig van de verdachten tot één dag gevangenisstraf en een taakstraf. Eén dag…
Het OM ging in 27 zaken in hoger beroep tegen die in hun visie te lage straffen, maar eind 2016 handhaafde het gerechtshof in Den Bosch de extreem lage straf van 23 verdachten en sprak de andere vier verdachten vrij.
De strafrechtadvocaat die het 16-jarige slachtoffer en haar familie bijstond, was Nino Pennino. Ik citeer hem:
‘Dit arrest is onbegrijpelijk. Laten we wel wezen: zonder klanten geen mensenhandel. De harde realiteit is dat dit soort zaken voorkomen, en steeds vaker. Geweld en intimidaties nemen toe. De minderjarigen die dit treft komen er, zonder uitzondering, slecht vanaf.’
‘Dit arrest vraagt op het gebied van de strafmaat om een flink en duidelijk tegengeluid. Wanneer een klant weet dat hij voor seks met een minderjarige twee jaar de bak indraait, dan zal hij de volgende keer misschien om een paspoort vragen en de leeftijd controleren. Ik zie geen enkele legitieme reden om dit soort klanten niet harder met hun fouten te confronteren.’
Einde citaat.
In diezelfde periode koos ik de thema’s voor de negen delen van Severyn & Govaert. De uitspraken van het Gerechtshof schokten ook mij. En nú ben ik hier, om Levend verkocht ten doop te houden.
Toen ik aan dit boek begon had ik geen idee op welke schaal seksuele uitbuiting van minderjarigen in onze samenleving voorkomt. Volgens betrouwbare schattingen zijn er in Nederland jaarlijks 5.000 tot 7.500 slachtoffers van mensenhandel en seksuele uitbuiting.
Lang niet alle gevallen zijn in beeld, niet bij de hulpverlening en niet bij overheidsinstanties. Gemiddeld is de identiteit van maar één op de vijf slachtoffers bekend. De helft van die geregistreerde slachtoffers bestaat uit minderjarige meisjes met een Nederlandse nationaliteit. Meer dan een derde is een minderjarige jongen. Over transgender of non-binaire slachtoffers zijn nauwelijks cijfers bekend, maar in veel van deze zaken is vastgesteld dat pooiers en loverboys een feilloos radar hebben voor mensen die onzeker, zoekend en eenzaam zijn en voor wat klanten willen. In de seksbranche is de klant helaas nog steeds koning…
Seksuele uitbuiting is de meest voorkomende vorm van mensenhandel. Qua strafmaat staat mishandeling en seksueel misbruik boven de handel in harddrugs zoals cocaïne, ecstasy en amfetamine.
In Levend verkocht verrichten minderjarige meiden en jongens onder dwang handelingen waar mannen van profiteren. We hebben het daarbij altijd over strafbare feiten, over een misdrijf. En het gebeurt overal, in alle lagen van de bevolking…
In Levend verkocht zegt officier van justitie Lydia Govaert in haar requisitoir:
‘Je denkt dat mensenhandel in jouw veilige bubbel niet voorkomt, maar seksuele uitbuiting vindt plaats in iedere stad, ieder dorp, iedere wijk, buurt of straat, ook in die van ons…’
Als schrijver over het werk van politie en justitie gebruik ik waargebeurde zaken als uitgangspunt voor mijn verhalen. Faction: verhalen waarin feiten en fictie naadloos in elkaar over gaan. Ik sprak in twee verschillende zaken met vele betrokkenen, met raadslieden van een paar verdachten en met enkele slachtoffers. Hier nu kort enige informatie over dit bronmateriaal voor Levend verkocht.
De geruchtmakende zaak Flora, bij het Arrondissementsparket Midden-Nederland, speelt van 2020 tot begin 2023. In dit dossier lees je hoe drie mannelijke Roemeense verdachten jonge vrouwen uit het buitenland naar Nederland halen om hier als prostituee te werken. Deze pooiers betalen de reis, zorgen voor woonruimte, plaatsen de advertenties, bepalen de prijzen en regelen de klanten. Hiervoor strijken zij minimaal vijftig procent op van de opbrengsten. Ik citeer de officier van justitie in die zaak, Daphne van der Zwan.
‘Deze verdachten werkten zelf niet of nauwelijks en dwongen de slachtoffers hun lichamen te laten uitwonen. Deze pooiers waren maar in één ding geïnteresseerd: hoeveel zou deze vrouw maximaal kunnen opbrengen.’
Een tweede opsporingsonderzoek, de zaak Yukon, ook bij het parket Midden-Nederland, is een schrijnend voorbeeld van misbruik van minderjarigen in de jongensprostitutie. Twee nauw samenwerkende mannelijke verdachten benaderen via chatsites voor gays jonge kwetsbare jongens, meestal nog geen 18 jaar oud. Uit verklaringen van de slachtoffers blijkt dat hoe jonger en kinderlijker zij eruit zien, hoe beter zij verkopen. Deze jongens zijn jong, vaak praktisch opgeleid en in een aantal gevallen van niet-westerse afkomst.
Seks hebben tegen vergoeding is voor hen een manier om extra geld te verdienen. In een aantal gevallen doen ze dat werk vrijwillig. Een veel groter deel van deze minderjarige slachtoffers wordt onder bedreiging van fysiek geweld gedwongen zich te prostitueren, of gechanteerd omdat bij weigering hun ouders en familie zullen worden ingelicht.
In maart van dit jaar las ik een schokkend Belgisch krantenbericht dat me op het idee bracht hoe ik de twee eerder genoemde dossiers met elkaar kon verbinden. Zo ontstond Levend verkocht.
Het zal duidelijk zijn, in het vierde deel van mijn true crime-serie Severyn & Govaert staan mensenhandel en seksuele uitbuiting centraal. Helaas weer een heftig onderwerp, maar dat hoort bij deze reeks. De trouwe lezers weten waarom ik daarvoor kies. Wennen doet geen van deze thema’s.
Tijdens mijn research sprak ik met slachtoffers en maakte ik emoties mee die ik niet wilde meemaken. Ik luisterde tijdens de zittingen naar verdachten en hoorde ongeloofwaardige ontkenningen die ik niet wilde horen.
Ik voelde geen enkel blijk van medeleven met de slachtoffers. Geen verdachte heeft verantwoording afgelegd. Op geen enkel moment is er spijt betuigd.
Om een beter beeld te krijgen van de situatie ter plekke reis ik af naar Roemenië. In Boekarest spreek ik met de Nederlandse liaison-officer van onze Nationale Politie en
bezoek ik het Directoraat Onderzoek Georganiseerde Misdaad en Terrorisme. Daar is de strijd tegen de mensenhandel in handen van één vrouwelijke hoofdaanklager. Zij voert een eenzaam gevecht tegen de georganiseerde criminaliteit en boekt af en toe succes.
Urenlang zwerf ik door de binnenstad, mijn dictafoon is geduldig. Eerste indrukken leg ik vast. Een paar van mijn ervaringen halen het boek, daar beleefd door Maarten Severyn. Ik lees één kort fragment voor:
Het plein was omringd door dichtgetimmerde slooppanden en hoge muren van kale baksteen. Het stonk naar schimmel en een verstopte afvoer. Een forse vrouw zat op een uit een auto gesloopte achterbank. Ze gaf een baby de borst en rookte een filtersigaret. Aan haar voeten speelden twee kraaiende peuters.
Aan de andere kant van het plein gekomen besloot Maarten dat het tijd was de navigatie-app te gebruiken. Zijn diensttelefoon gaf aan dat het nog 650 meter lopen was naar zijn hotel.
Opeens voelde hij dat aan de linkermouw van zijn jack werd getrokken. Hij had geen idee waar ze vandaan kwam. Ze was er opeens, een Roma-vrouw met een scherp gezicht en slecht gebit. Ze was broodmager, rook naar de straat en vroeg in staccato Engels of hij misschien een jong meisje wilde.
‘She sucks and fucks. She is very good and only fourteen years old. She does no drugs.’ Ze wees naar de overkant. Een schuw kijkend jong Roma-meisje in hotpants en tanktop verscheen achter een gammel stalen hek. ‘Only ten euro. She blows you as long as you want.’
Het ontregelde Maarten. Niet alleen het aanbod, maar ook dat bedrag: een luizige tien euro. Het meisje glimlachte leeg. De vrouw trok nog een keer aan zijn mouw en keek hem aan met een blik van wij begrijpen elkaar. ‘I teach her, she knows what to do. It’s my daughter.’
Het schrijven van Levend verkocht betekende voor mij persoonlijk opnieuw een emotionele periode. Het kostte me moeite, toch wilde ik doorgaan, anders was dit boek er niet geweest en zou dit verhaal niet gelezen worden.
Vanaf vandaag is Levend verkocht, het vierde deel van Severyn & Govaert, te koop in alle boekhandels. De e-boekversie is vanaf volgende week beschikbaar en het luisterboek, voorgelezen door Dieuwertje Blok, verschijnt komend januari.
We gaan vol goede moed door. Geen geweten, deel vijf van Severyn & Govaert, staat in de steigers. De komende maanden heb ik de eerste gesprekken met specialisten op het gebied van internationale illegale wapenhandel. Jullie raden het al: dát wordt mijn volgende onderwerp. Als alles goed gaat, vieren we volgend jaar rond deze tijd de boekpresentatie van Geen geweten… Ook dan zijn jullie weer van harte welkom.