Skip to content
Skip to content
  1. Home
  2. /
  3. Politietaal

'Mensen die bij de politie werken, zowel recherche als blauw, gebruiken onderling een ontoegankelijke mix van afkortingen, formele vaktaal­ en beroepsjargon. Ooit is dat begonnen met portoprotocol, een poging om het meeluisteren met de hulpdiensten te ontmoedigen. Tegenwoordig hebben wij een recherchewoordenboek voor straattaal nodig om criminele communicatie te kunnen begrijpen.'

Maarten Severyn over vaktaal

Achter de woorden: je weet niet wat je leest

Achter-de-woorden-kaal

Politietaal: vaktermen uit de wereld van de politie

De interne communicatie bij de politie kent honderden ‘staande uitdrukkingen’ en sinds de vorming van de Nationale Politie is dat aantal fors omhoog gegaan. Om tijdens mijn research te kunnen begrijpen wat ik lees, hanteer ik inmiddels een lijst van ruim 520 termen en steekwoorden uit het politiejargon. Deze geheimtaal ga ik voor de geïnteresseerde lezer van Severyn & Govaert bijhouden in een groeiend bestand. Ik wil de wereld waarover ik schrijf wel kunnen begrijpen 😉…

Deze vaktermen, het ‘beroepsjargon’, zijn meestal alleen voor ingewijden begrijpelijk. In dit overzicht leg ik uit wat deze termen en steekwoorden uit de vaktaal van politie en justitie betekenen. Vaak actueel, soms van wat langer geleden, maar altijd een poging tot verheldering. En alles op alfabetische volgorde natuurlijk…

NB.: Dit overzicht wordtregelmatig aangevuld met nieuwe vaktermen uit de wereld van politie. Heb je aanvullingen of correcties?  Heel graag, twee weten meer dan één, toch? Stuur in dat geval alsjeblieft een mailtje naar All Fiction. Dank alvast! Veel leesplezier!

Kennisbank All Fiction - Politietaal

# A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z
Er zijn 28 namen in deze lijst die beginnen met de letter S.
SCHOUW
Verouderde term voor sectie, autopsie of obductie: het inwendig onderzoeken van het lichaam van een overleden persoon om onder andere de doodsoorzaak en overige ziekteprocessen te onderzoeken en/of vast te stellen.
SCHUIN OVERSTEKEN
Een verzonnen reden om iemand op te pakken.
SHOULDER SURFING
Het meekijken over de schouder van het slachtoffer wanneer hij of zij gebruik maakt van een betaalkaart bij een pinautomaat.
SLAPEN
Ook wel koud maken. Crimineel jargon voor iemand (laten) vermoorden.
SLAPPE ZAAK
Er is strafrechtelijk onvoldoende reden om de verdachte vast te houden.
SMARTIES
XTC-pillen.
SNELLE
Crimineel jargon voor amfetamine.
SNOEPJES
Crimineel jargon voor MDMA-tabletten. Ook wel snoepkes.
SOUCHE-ONDERZOEK
Bij een souche-onderzoek kun je zien of de souche (bijvoorbeeld een stuk afgescheurd plakband, aangetroffen op de plaats delict) afkomstig is van een rol die in het bezit was van de verdachte.
SPEED
Andere naam voor amfetamine of pep. Speed is meestal wit of gelig poeder. De meeste gebruikers nemen speed om niet moe te worden en langer door te kunnen gaan. Speed kan verslavend zijn en zorgt voor schade aan het gebit, de neus en de hersenen. Je kunt last krijgen van psychische klachten zoals angst, verwardheid, agressie en psychoses, lichamelijk kan het hartproblemen veroorzaken of een hersenbloeding.
SPORENDRAGERS
Voorwerpen waarop sporen achtergebleven zijn: De sporendragers, enkele kledingstukken, werden in de speciale droogkamer gedroogd en vervolgens in papieren zakken bij het dossier gevoegd.
SPOTTER
Verkenner, iemand die de mogelijkheden en opties inventariseert voor het plegen van een aanslag of liquidatie.
STAANDE HOUDEN
Als de politie je aanspreekt omdat je tegen de regels handelt, heet dat staande houden. Het is de minst beperkende actie die een opsporingsambtenaar kan uitvoeren. Bij staandehouding wordt de verdachte kort ter plaatse gehouden. Vervolgens vraagt de politieagent om de identiteitsgegevens zoals NAW-gegevens (naam, adres, woonplaats, etc.).
STAMNUMMER
Iedere rechercheur heeft een stamnummer, bv. 98844 of 9844. Ondermeer alle inlogmomenten, (bij gebruik van diensttelefoons, -desktops en -iPads, door toegangspoortjes, bij gebruik van ondersteunende apparatuur) worden geregistreerd op het stamnummer van de desbetreffende politieman.
STAPELEN
Verhoortechniek: het achter elkaar uitspreken van eerdere constateringen en confrontaties, zonder tussenkomst van de verdachte, met het doel de druk bij de verdachte te verhogen.
STASH
Een geheime opslagplaats voor drugs, geld of wapens.
STEAMING
Met anderen in een groep iemand duwen en klemzetten en vervolgens (met of zonder geweld) diens gsm of portefeuille afpakken.
STIL SEPOT
Een zaak die na onderzoek door de politie al op het politiebureau als niet-vervolgbaar terzijde worden geschoven. Ook wel politiesepot.
STILLE
Crimineel jargon voor een rechercheur.
STILLE SMS
Tijdens een tapprocedure kan de recherche een stille sms naar het bewuste mobieltje sturen om de actuele locatie van een mobiele telefoon te bepalen. Degene die het toestel in gebruik heeft merkt daar niets van. Op zijn telefoon is zo’n stille sms niet zichtbaar, maar bij ontvangst stuurt zijn telefoon de cell ID terug: het unieke volgnummer van een zendmast. De Landelijke Eenheid van de politie houdt een database bij van cell ID’s en de bijbehorende adressen. Op die manier kan de locatie vrij nauwkeurig worden bepaald omdat de telefoon zich in het verzorgingsgebied van de desbetreffende zendmast bevindt. Ook wel stealth-sms.
STIPPEN- OF STREPENCOMPLEX
Een politieman - of vrouw met een stippen- of strepencomplex is een collega die hogerop wil komen en graag bevorderd wil worden.
STORINGSLINT
Andere term voor het rood-witte afzetlint dat gebruikt wordt om een plaats delict af te zetten.
STRAFTOEWIJZING
Een veel besproken thema tussen politiemensen. De straf die door de rechter wordt opgelegd is soms niet te begrijpen voor bij de zaak betrokken rechercheurs. Een crimineel met een dossier van 100 paginas verdomt het om zijn leven te beteren, krijgt opnieuw een kans en pakt gewoon zijn leventje weer op.
STUURGROEP
Een overlegorgaan dat bepaalt welk type criminaliteit prioriteit krijgt. Bij de Amsterdamse recherche bestaat deze stuurgroep uit leden van B&W (gemeente), politie en OM.
SUMMIT
SummIT is een in Nederland ontwikkeld opsporings- en registratiesysteem van de Nationale Recherche en de opvolger van de Basis Voorziening Opsporing (BVO). Het systeem ondersteunt het volledige werkproces in rechercheonderzoeken, van eerste melding tot en met digitaal procesdossier. Met de juiste autorisatie (je logt in met je dienstnummer en een persoonlijk wachtwoord) kun je ondermeer zoeken op personen, telefoonnummers, kentekens, burgerservicenummer, naam, adres of woonplaats. Dit informatiesysteem wordt gebruikt door het Team Criminele Inlichtingen (TCI), Informatie & Intelligence Schiphol (IIS), de Bijzondere Opsporingsdiensten en de Rijksrecherche.
SUPERSNELRECHT
Dit recht wordt ingezet bij eenvoudige zaken die dan binnen drie dagen (ten tijde van de inverzekeringstelling) aan de rechter worden voorgelegd en zo snel mogelijk afgehandeld. Supersnelrecht is een onderdeel van het lik-op-stuk-beleid van politie en justitie.
SURVEILLANCEAUTO (BLAUW)
In de surveillanceautos van blauw zit een datarecorder ingebouwd, vergelijkbaar met de zwarte doos van een vliegtuig. Deze opnameapparatuur registreert permanent tijd, locatie, remgedrag, snelheid, stand van de pedalen en de werking van de airbags. Wanneer een surveillanceauto betrokken raakt bij een aanrijding (in welke vorm dan ook) kan de Verkeersongevallen Analyse VOA op die manier de laatste vijf seconden voor het ongeluk reconstrueren.
SWEEPEN
Het met behulp van softwaredetectie controleren op (verborgen) afluisterapparatuur.